Migratie en voedselcontactmaterialen

Migratie en voedselcontactmaterialen

Als professional weet u natuurlijk alles over voedselveiligheid. Maar als consument kunt u nog wel eens voor verrassingen komen te staan. Bijvoorbeeld die keer toen u tijdens het bereiden van een magnetronmaaltijd een half gesmolten plastic bakje uit het apparaat haalde. Weet u het nog? Vraagje, hebt u de maaltijd daarna gewoon opgegeten?

Toen wij meer kennis kregen over het onderwerp migratie, schrokken we net als u bij het lezen van bovenstaand intro. Migratie is het meest onderzochte en in wetgeving uitgewerkte voedselveiligheidsaspect op het vlak van voedselcontactmaterialen. We hebben het dan niet alleen over verpakkingsmaterialen voor levensmiddelen, maar ook over gebruiksartikelen die in contact kunnen komen met voedsel en drank, zoals bekers, borden, apparatuur en machines. Veel van deze producten zijn gemaakt van bijvoorbeeld plastic, papier, karton, glas of keramiek.

 

Migratie en gezondheidsrisico

Feit is dat stoffen uit voedselcontactmaterialen vrij kunnen komen en vervolgens in levensmiddelen terechtkomen. Precies dit noemt men migratie. Door migratie kan de consument het levensmiddel binnenkrijgen. Een risicobeoordeling echter onderzoekt of er ongewenste gezondheidseffecten kunnen optreden door deze stoffen. Afhankelijk van de risicobeoordeling wordt een stof al dan niet toegelaten voor gebruik in voedselcontactmaterialen, gekoppeld aan migratielimieten.

 

Enkele voorbeelden van risico’s:

  • een roerspatel die een kleur afgeeft aan kokend water. Mogelijk worden dan stoffen afgegeven die de gezondheid kunnen schaden
  • een tajine die zware metalen als lood en cadmium afgeeft, die op de langere termijn schade kunnen veroorzaken
  • stoffen die vrijkomen uit pvc-verpakkingen zoals het kankerverwekkende stof vinylchloride
  • drukinkten op (gerecyclede) verpakkingen die afgeven op het levensmiddel. Mogelijk worden dan stoffen waaronder minerale oliën afgegeven die de gezondheid kunnen schaden

 

Wettelijk kader in Europese en nationale regelgeving

In Verordening (EG) 1935/2004 worden algemene eisen gesteld aan voedselcontactmaterialen. Daarnaast gelden er specifieke richtlijnen voor bijvoorbeeld plastics, keramiek en geregenereerde cellulose. Ook zijn er richtlijnen voor gerecycleerde materialen en actieve en intelligente verpakkingen (bijvoorbeeld: bij bederf verkleurt de verpakking). Voor de overige materialen geldt de nationale wetgeving. Wanneer die ontbreekt, is de fabrikant zelf verantwoordelijk voor de chemische veiligheid.

In Nederland geldt het Warenwetbesluit Verpakkingen en gebruiksartikelen (WVG). Daarin is de Europese wetgeving geïmplementeerd. Bij dit Besluit is de Regeling Verpakkingen en gebruiksartikelen opgenomen met specifieke eisen voor verschillende materialen. Deze regeling gaat verder dan de Europese wetgeving.

In België zijn er diverse Koninklijke Besluiten op materiaalniveau waarin de Europese wetgeving is geïmplementeerd en aangevuld.

 

Positieve lijsten met stoffen

-Voor plastic en geregenereerde cellulose gelden in Europa positieve lijsten met toegestane stoffen (via de EFSA).

-In Nederland (via Ministerie van WS) gelden voor bijna alle voedselcontactmaterialen positieve lijsten. Deze stoffen worden opgenomen in de Regeling Verpakkingen en gebruiksartikelen. Stoffen die niet zijn opgenomen in deze regeling, mogen niet in voedselcontactmaterialen voorkomen. Ook in België zijn er aanvullende eisen voor voedselcontactmaterialen en migratie van stoffen.

 

Migratielimieten en testen (algemeen en specifiek)

De migratie van contaminanten uit verpakkingen en andere materialen naar de voeding wordt vastgesteld aan de hand van migratietesten, uitgevoerd door een erkend laboratorium. Daarbij gelden:

  • de globale (algemene/totale/generieke) migratielimieten. De limiet die hierbij geldt is 60 mg/kg. Hierbij wordt de totale hoeveelheid stoffen bepaald die migreert vanuit het materiaal naar een testvloeistof
  • specifieke migratielimieten (SML’s), maximale hoeveelheden (QM’s), zuiverheidscriteria, groepslimieten (SLT(T)’s en gebruiksbeperkingen. Een specifieke migratietest stelt vast of een stof onder de gestelde limieten blijft.

 

Migratietesten worden veelal gedaan met simulanten, namelijk ethanol 10% (v/v), azijnzuur 3% (m/v), ethanol 20% (v/v), ethanol 50% (v/v) en plantaardige olie. Verder worden de temperatuur en de duur van de migratie bepaald, al naar gelang de reële gebruiksomstandigheden of het ‘worst case’ scenario. Dit gebeurt volgens standaard testcondities voor o.a. tijd en temperatuur. Soms worden ‘worst case’ scenario’s doorgerekend of wordt er gewerkt met migratiemodellering. De gebruikte simulanten en gebruiksomstandigheden moeten aansluiten bij de eisen voor het levensmiddel waarmee het voedselcontactmateriaal in contact komt.

 

Verklaring van Overeenstemming of Declaration of Compliance

Als voedselproducent of verpakker kent u vast en zeker de VvO of DoC. Hierin staat vermeld:

  • of de producent van het contactmateriaal het compliance werk al heeft uitgevoerd;
  • of de verpakking voldoet aan alle wettelijke voorschriften die noodzakelijk zijn voor de toepassing;
  • of het contactmateriaal geschikt is voor de contactcondities van het product;
  • of limieten voor bepaalde voedingsadditieven of smaakstoffen in de voeding niet worden overschreden door migratie vanuit de verpakking

 

Riskplaza biedt perfecte ondersteuning

Het is daarom essentieel om genoeg kennis en inzicht te hebben in migratie, in de specifiek gestelde eisen en de betekenis hiervan voor de voedselveiligheid van uw producten. Dit kan voor menigeen een complexe materie zijn. Maar de database van Riskplaza is hierbij een perfecte ondersteuning. Deze databank volgt nauwgezet alle ontwikkelingen op het gebied van verpakkingen en wetgeving en heeft alle informatie voor u helder en overzichtelijk op een rijtje gezet.

WHITEPAPER- Melamine Formaldehyde

DOWNLOAD

Whitepaper Melamine Formaldehyde